Heldhaftig, vastberaden en barmhartig

De teksten bij de herdenkingsviering 4 mei in de Augustinuskerk.

Heldhaftig

Heldhaftig - Vastberaden - Barmahartig

In mei 1942 moesten alle Joden de Jodenster dragen. Veel Joden keken er erg tegenop om voor het eerst met dat opvallende ding naar buiten te gaan. De 15-jarige Esther van Vriesland uit Gorinchem moest elke dag met de trein naar Rotterdam om naar een school voor Joodse kinderen te gaan. Ze zag er tegenop om met die ster de trein in te stappen: ‘Als alle mensen zo naar je kijken! Afschuwelijk!’ schreef ze in haar dagboek. Maar het pakte heel anders uit. ‘Zo leuk gisteren met die ster’, schreef ze een paar dagen later: ‘De mensen lieten je overal voorgaan en stonden voor je op.’

Dat merkte ook mevrouw De Miranda, die voor haar werk veel reisde met de trein. Daar zeiden mensen tegen haar dat ze het als een eer moest beschouwen de Jodenster te dragen. Toen ze in Baarn de trein uitstapte voor haar afspraak in Soest, namen wildvreemde mensen hun hoed voor haar af. Sommige spraken haar aan en zeiden dat ze zich er maar niets van aan moest trekken.

Even later nam ze de bus. Op de halte kwam een jongen van een jaar of veertien naast haar staan en begon een praatje. In de bus ging hij naast haar zitten en praatte verder; over school, huiswerk, honderduit. En ineens zei hij:

Ik vind het fijn dat ik naast U mag zitten Mevrouw, want weet U, ik ben op het Lyceum, en onze klas heeft besloten, zoodra wij een persoon met een Jodenster zien die alleen is, dan gaan wij er heen en houden hem of haar gezelschap, zoodat zo iemand zich niet alleen zal voelen.

Ze was ontroerd, schreef ze in haar dagboek: ‘Heerlijke, Hollandsche jongen, wat deed je gepraat me weldadig aan.’

Vastberaden

Een paar maanden nadat Nederland was bezet door de Duitsers, moesten alle ambtenaren een formulier invullen, waarop ze aangaven of ze joodse voorouders hadden. Toen werd duidelijk dat Joodse ambtenaren zouden worden ontslagen. Onder de ontslagen Joden waren veel juffen, meesters en een paar professoren. Veel mensen waren daar verontwaardigd over.

Een van de mensen die werd ontslagen was de beroemde jurist professor Meijers van de universiteit van Leiden. Een andere professor, Rudolf Cleveringa, was zijn leerling geweest, en nu was hij ook zijn collega. Hij vond het onrechtvaardig dat Meijers werd ontslagen en vond dat hij daartegen moest protesteren. Hij liet uitlekken dat hij op 26 november 1940 op het tijdstip waarop Meijers normaal gesproken college zou geven, een toespraak zou houden. De dagen daarvoor bedacht hij wat hij zou gaan zeggen. Hij wist dat het gevaarlijk was en dat hij misschien wel zou worden opgepakt. Dat zou ook zwaar zijn voor zijn vrouw en zijn twee dochters. Toen hij de avond voor de toespraak met zijn vrouw aan tafel zat, las hij het aan haar voor. In zijn dagboek schreef hij wat er toen gebeurde:

Toen ik klaar was, stond zij op, liep om de tafel heen naar mij toe, sloeg haar armen om mij heen en zei met tranen in de ogen: ‘Ze zetten je vast, als je dit gaat zeggen, de ellendelingen.’ Maar na een kort ogenblik van stilzwijgen: ‘Maar als je meent dat het je plicht is, dan moet je het doen.’

Hij zette een koffertje met kleren klaar en hield zijn toespraak. Een van de studenten in de zaal was een Joods meisje. Lang na de oorlog vertelde ze wat ze toen dacht, toen ze Cleveringa hoorde spreken: ‘ik hoor er bij’.
Andere studenten pakten na afloop zijn toespraak van het katheder, kopieerden hem en stuurden ze naar adressen in het hele land. Ze gingen ook in staking en de universiteit werd gesloten. Cleveringa werd opgepakt en in de gevangenis gestopt, maar hij overleefde de oorlog. Elk jaar op 26 november wordt in Leiden zijn toespraak herdacht.

Barmhartig

Els van Lohuizen had tijdens de oorlog samen met haar man Dick en haar zoon Ger een kruidenierszaak in Epe. Ze kende weinig Joden, maar trok het zich enorm aan dat de Joden door de Duitsers vervolgd werden. Zo moesten ze in mei 1942 allemaal een Jodenster dragen: een grote gele ster met het woord ‘Jood erin’, die ze op hun jas moesten naaien. Sommige niet-Joden waren daarover zo boos, dat ze zelf ook een ster opnaaiden en schreven daar ‘niet-Jood’ in, of ‘RK’, Rooms Katholiek. Ook haar zoon Ger speldde een ster op en ging daarmee naar de kerk. Zijn moeder wist niet of dat nou wel verstandig was. Ze schreef in haar dagboek:

Ik was bang dat er te veel op ‘t spel werd gezet. Wil voor mijn overtuiging desnoods de bak in gaan maar dit helpt zoo weinig. Als iedereen het deed, kan het indruk maken, maar ‘t zijn er maar weinig. ’s Avonds vertelde hij al dat hij die ster ’s middags had afgedaan omdat een kleindochter van dr. Loeff ervoor gearresteerd was. Het is moeilijk om te weten wat je doen moet.

Tweeëneenhalve maand later begonnen de deportaties in Amsterdam, waar de meeste Joden woonden: ze moesten zich melden op het station en werden weggevoerd naar Westerbork en daarvandaan naar Polen. Niemand wist toen nog wat daar gebeurde, maar het was wel duidelijk dat het gevaarlijk was. Veel Joden wilden daarom onderduiken. Daarbij hadden ze de hulp nodig van niet-Joodse Nederlanders.

Een van die mensen was Els van Lohuizen, samen met haar zoon Ger. ‘Wij hebben zoveel logees in deze tijd, we kunnen er moeilijk nog iemand hebben’, schrijft ze in haar dagboek. Maar ze weigert niemand: met twee andere mensen huurt ze huizen in de buurt.

Terwijl Els dus eerst twijfelde of het dragen van de Jodenster het gevaar waard was, weet ze het nu zeker. Het is gevaarlijk Joden te helpen, schrijft ze in haar dagboek, ‘maar hun leven is evengoed wat waard als ‘t onze, we moeten helpen, niet bang zijn.’ Uiteindelijk verbergt het groepje van Els 72 Joden. De meesten overleven de oorlog.

Wat zou ik doen?

Toespraak Diewertje Blok bij de Dodenherdenking op de Dam
4 mei 2023

Diewertje Blok spreekt bij Dodenherdenking op de Dam op 4 mei 2023

Het kan mij soms niet lang genoeg duren, die stilte.
Die indrukwekkende tee minuten die altijd korter lijken en een verademing zijn.
Even weg van het geschreeuw, de meningencarrousel, de intimiderende woorden.
Terug bij jezelf, je eigen gedachten, je eigen geweten.

Stilte is mooi, maar zwijgen kan ook een last zijn.
Mijn moeder hield niet van stilte, niet van zwijgen. En dat was voor mij en mijn zusjes een geluk.
Ze heeft nooit gezwegen over de oorlog, de onderduik, de angst, de idiotie, de vreugde en het verdriet na de bevrijding.

Tweeëneenhalf jaar had ze ondergedoken gezeten en amper geluid mogen maken. Een meisje in de bloei van haar leven dat er niet meer mocht zijn. Ze was 17 jaar oud toe de Tweede Wereldoorlog begon. Een Joods meisje in deze stad in Amsterdam, een meisje met levenshonger.

Toen ik op diezelfde leeftijd uit huis ging om te genieten van nog meer vrijheid, werd die van haar steeds meer ingeperkt. Steeds meer plekken waar het haar verboden werd om te komen. Haar wereld werd steeds kleiner.
Ik probeer het me voor te stellen, kijk naar foto’s uit die tijd. Een vol strand in Zandvoort op een zonnige zomerdag in 1941. Genomen vanaf het duin en naast de trap richting strand gaat een groot bord: “Voor Joden verboden”.

Voor Joden verboden


Iedereen op dat volle strand was erlangs gekomen.
Wat hebben ze gedacht? Hebben ze het gezien, weggekeken?
En vaak denk ik dan: wat zou ik doen? Zo’n boord dat een groep landgenoten – je buren misschien wel – wegzet. Mensen terugbrengt tot één deeltje van wie ze zijn: hun kleur, religie, afkomst, noem maar op. Went zoiets?
Zou ik wegkijken?
Mijn oma en opa doken onder bij mensen die niet onverschillig waren, niet wegkeken toen de borden “Verboden Voor Joden” verschenen en die toen het er echt op aankwam moedige keuzes durfden te maken.
Een jong gezin, Jaap en Ans de Haan en hun kleine dochtertje Thea. Het was voor hen zo vanzelfsprekend om te kiezen om te kiezen voor een groter belang dan dat van henzelf.
Een keuze met gevaar voor eigen leven.

Jaap de Haan

Jaap werkte ook nog op de drukkerij waar de verzetskrant Trouw werd gedrukt. Die werd verraden.
Begin februari 1945: Jaap werd met andere medewerkers opgepakt en kort daarna gefusilleerd.
Aan hem denk ik en niet alleen vandaag. Hij en Ans zijn voor mij voorbeelden.
Mijn grootouders en ook mijn moeder overleefden dankzij mensen als Jaap. Thea moest opgroeien zonder vader. Ik besta dankzij mensen als Jaap de Haan. Dat verplicht.

Herdenken is voor mij niet passief, alleen maar bezig zijn met wat er gebeurd is.
Het voor mij om de verbinding, die je maakt met nu en met de toekomst.
Wat doe je met de onverdraagzaamheid van nu in je eigen land, je eigen buurt. Mijn moeder werd Joods door de oorlog. Ineens werd ze teruggebracht tot dat ene facet van de veelzijdige diamant die zij was. Die ieder mens is.

Ieder mens, ieder kind heeft een naam, een gezicht, een geschiedenis een eigen verhaal. Maar hoe makkelijk brengen we zelf nog altijd mensen terug tot een klein deeltje van dat verhaal.
Het is heel mooi één dag per jaar twee minuten te herdenken, maar eigenlijk zouden dit soort vragen ons elke dag moeten bezighouden.
Wat kunnen we leren van de geschiedenis, hoe doen we het zelf? Waar sta ik bij stil?
En niet alleen op 4 mei.

29 april 2023 Sam’s Kledingactie

Geef uw oude kleding een nieuwe bestemming! Sam’s Kledingactie voor Mensen in Nood, de jaarlijkse kledinginzameling voor het goede doel, wordt gehouden op zaterdag 29 april a.s. van 9.30 tot 12.00 uur. U kunt kleding en schoenen (schoon en draagbaar), in gesloten zakken of dozen afgeven. Brillen graag apart inleveren. Inzamelpunten op 29 april zijn: de Paaskerk, Urbanuskerk, Kruiskerk, Titus Brandsmakerk, Augustinuskerk, De Goede Herder (Buitenveldert).
Dankzij uw gebruikte kleding en schoeisel worden in de Borana-zone in Ethiopië betere gezondheidsvoorzieningen getroffen voor moeders en kinderen.

Voor nadere informatie:
Anne-Mieke Steensma, 06-21555472 of
Theo den Blanken 06 – 374 474 20

Informatie over wat er ingeleverd kan worden: https://www.samskledingactie.nl/inzamelbeleid

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is wat-mag-je-inleveren-sam-s.13f023.jpg
Wat er met de ingezamelde kleding gebeurt

Inzamelen
Sam’s Kledingactie zamelt op verschillende manieren herdraagbare kleding en schoenen en in beperkte mate huishoudtextiel in. Je kunt herdraagbare kleding en schoenen inleveren bij kledingcontainers, kleding inleverpunten-aan-huis (depot’s) en tijdens de Kledingacties in voor- en najaar.

Transport
Onze chauffeurs halen de ingezamelde kleding op bij de inleverpunten.
Transporteurs kunnen zich legitimeren als vervoerders voor Sam’s.

Sorteren
De ingezamelde kleding wordt verzameld in ons centrale magazijn in Leek. Vervolgens wordt het verkocht aan sorteerbedrijven, deze sorteren de kleding op soort, maat en kwaliteit.

Hergebruik
Herdraagbare kleding wordt getransporteerd naar landen buiten de Europese Unie, met name naar Afrika en Oost-Europa. Hier is behoefte aan goede tweedehands kleding.
De kleding wordt op tweedehands markten verkocht tegen lage prijzen. Zo wordt kleding voor iedereen toegankelijk.

Recycling
Versleten of kapot textiel wordt gerecycled tot nieuwe materialen. Bijvoorbeeld tot poetslappen of vulling voor matrassen. Maar ook tot nieuwe kleding!

Doneren
De opbrengst van de ingezamelde kleding gaat o.a. naar de ontwikkelingsprojecten van Cordaid Mensen in Nood. 
Zie: https://www.samskledingactie.nl/samys-kledingactie-dit-doen-we

WIJ HEBBEN ZIJN STER IN HET OOSTEN GEZIEN

zondag 8 januari 2023
Openbaring des Heren – Driekoningen
Jesaja 60:1-6, Efeziërs 3:2-3a+5-6 en
Matteüs 2:1-12

Parochianen, wij willen vandaag dieper doordringen in de goddelijke geheimen van het feest van Gods openbaring. De liturgie ziet in het kind van de kribbe niet alleen een schouwspel dat vertedert, maar allereerst de Openbaring van God die onder ons is verschenen. ‘Het Licht dat over Jeruzalem is opgegaan’ en telkens opnieuw opgaat over een duistere wereld, en dat steeds weer werkelijkheid wordt in de viering van de heilige eucharistie. Het kindje in de duistere stal is het Licht van de wereld, het goddelijk Licht dat ons verlost en herstelt, Christus is onder ons verschenen.

De Epifanie, de openbaring van de Heer, is bij uitstek het feest van ons geloof, het feest van het Licht van Christus, dat op mag gaan in ons eigen hart. Driekoningen: wellicht bent u in deze dagen rond Kerstmis met uw kinderen en kleinkinderen naar de kerststal in de kerk wezen kijken. Misschien heeft u thuis ook een stalletje staan. Over de figuren daarin kun je aan de kinderen met hun vraagogen vertellen. Voor u zijn het de kleine wijzen uit het oosten, die met hun vragen komen, want ze zien een ster en lichtjes en figuurtjes en stellen op hun beurt hun vraag: ‘Wat is dat?’ En u vertelt ze dan over Maria en Jozef, over herders en de engelen, over die gekke kameel en de drie koningen en dat het allemaal te doen is om dat kleine Kindje. Wat kinderen thuis leren, dat dringt diep in hun hart, en dat is belangrijker dan alle geleerdheid die ze er later bij krijgen. Misschien hebt u met ze gezongen, een van die eenvoudige kerstliedjes. En wie weet, hebt u met ze gebeden, op een heel eenvoudige manier. Herders en Wijzen, Zij knielen neer voor het Licht dat mensen altijd door blijft trekken, dichtbij en veraf: Christus, aantrekkelijk Licht!

Vandaag vieren wij het feest van Driekoningen. Een prachtig en romantisch feest hebben we ervan gemaakt. Drie koningen, mooi uitgedost, met kronen en kamelen, met talrijke slaven en kostbare cadeautjes van goud, wierook en mirre. Dat spreekt tot onze verbeelding. In Beieren en Oostenrijk trekken kinderen langs de deuren en zingen hun Driekoningenlied, zoals kinderen uit onze streken dat doen bij het feest van Sint-Maarten. Sommige ouders bakken een Driekoningenboon in de pudding. Wie de boon in zijn cake of pudding vindt, heeft het de rest van de dag voor het zeggen. Op andere plaatsen zingen kinderen: ‘Driekoningen, Driekoningen, geef mij een nieuwe hoed, mijn oude is versleten, mijn moeder mag het niet weten. Mijn vader heeft het geld al op de toonbank neergelegd’.

Eigenlijk een vreemd verhaal: oosterse sterrenkundigen die in de stand van de sterren lezen dat er iets bijzonders aan de hand moet zijn. Bij de woestijnbewoners geldt het spreekwoord: ‘als er aan de hemel één ster ontbreekt, dan kan een hele karavaan zijn richting verliezen’. In de woestijn staan geen richtingaanwijzers. Woestijnreizigers kunnen zich alleen oriënteren aan de hand van de sterren. Want het eentonige landschap geeft hen geen richting. Alleen op de stand van de sterren kan hij zich verlaten. Eén ster missen betekent dat de karavaan zijn richting verliest en de reddende oase kan missen. Niet alleen de drie wijzen werden geleid door een ster. Wij mogen ook Jezus zien als onze Levensster: Hij die in de woestijn van ons leven de richting aan kan geven. Er zijn in ons leven sterren waar je je op kunt verlaten, maar ook zijn er vallende sterren en dwaalsterren. De dwaalsterren verwijzen ons naar de luxe van deze tijd. Zij zeggen dat het volle leven bestaat uit eten en drinken, uitgaan, genieten en reizen. Als je je leven laat leiden door een dwaalster, dan mis je de juiste richting in je leven. Een maatschappij die tegenwoordig het Evangelie van Jezus Christus niet meer als leidraad, als richtsnoer neemt. Dat kan een hele generatie de richting doen verliezen.

Officieel heet het feest van Driekoningen ‘Openbaring des Heren’. Daarmee krijgt het feest toch een heel ander accent. Want wat betekent dat woord ‘openbaring’, het woord ‘Epifanie?’ Voor de Romeinen van 2000 jaar geleden was dat woord gesneden koek. Een klein kind wist wat er mee bedoeld werd. Dat woord ‘openbaring’ werd gebruikt als de Romeinse Keizer zich liet zien aan het volk. Daar stond hij dan: de met luister gekroonde keizer! Hij werd vereerd als de zoon van God. Dat de eerste christenen dit woord ‘openbaring’ gebruikte voor het Kerstkind getuigt van hun groot en sterk geloof. Nu wordt het sprookjesachtig avontuur wat inzichtelijker. Mensen met een eenvoudig geloof en een gebrekkige wetenschap laten álles achter zich. Op hun kamelen, ploeterend door een eindeloze woestijn beeld van alle verschrikkingen en donkere dagen die een mens in zijn leven moet meemaken. Over de bergen van Juda, beeld van alle moeilijkheden in je leven waar je als een berg tegen opziet. Pas aan de andere kant van de heuvels bevindt zich het groene gras en staat er een kribbe.

Ook Herodes speelt zijn tegenverhaal. Natuurlijk tegen hem begin je niets. Geweld is er altijd geweest en zal er altijd wel blijven. Kindermoord is verschrikkelijk. Wat kun je daar als eenling aan doen? Toch gaat ‘t Driekoningenverhaal daar dwars tegen in. Het Evangelie zegt ons dat in Jezus’ Naam geweld nooit het laatste woord zal hebben. Net zomin als farao het heeft gewonnen van Mozes, net zomin als de sterke reus Goliath de kleine David klein heeft gekregen, zo zal Herodes het onderspit moeten delven tegen een klein en pasgeboren kind. Nooit zal het laatste woord zijn aan de zevenkoppige draak van tirannie, verdrukking, huisarrest, apart­heid, marteling, isolatie en executie. Het is gemakkelijk om je niet druk te maken over Herodes als het lot jóu niet treft. Als jíj het goed getroffen hebt binnen het bestek van deze wereld. Maar in de Blijde Boodschap van Jezus gaat het telkens weer om het recht van kleine en weerloze mensen. Het is zaak om hun stem te blijven verstaan. Geen gemakkelijke weg, want deze weg loopt langs ravijnen en klippen en door onherbergzame woestijnen. Bergen van misverstand moeten dan worden geslecht. Soms denk ik weleens: wat hebben de kerken het eigenlijk goed in hun tempels van goud en wierook, door geen Herodes kapot te krijgen. En je blijft je veilig voelen, ook al zit Herodes dan voor eeuwig op zijn troon. Alles wat drakentanden heeft komt slechts halverwege.

Het Evangelie geeft ons daar een sterrenvoorbeeld van. Mensen van niks worden kinderen van God. Johannes zal later in het boek van de ‘Openbaring’ zeggen: Kijk naar de Maagd en de draak. Zie wat een maagd met haar kind kan betekenen? Zij bieden weerstand aan de zevenkoppige draak van onrecht en onderdrukking. Zij laten zich niet vangen in de ijzeren klauwen van al die Herodessen ver weg en dichtbij die er nog steeds op uit zijn om onschuldige lichamen te breken en onschuldig bloed te vergieten. Het ontbreken van een ster kan de hele karavaan de richting doen verliezen. Laten wij ons het komend jaar blijven oriënteren op de Ster van Bethlehem. Mogen wij zo een ster voor anderen worden: geen vallende ster, geen dwaalster. Maar een ster die zich oriënteert op de grote Ster van Bethlehem.

Ambro Bakker s.m.a.
H. Augustinus en Titus Brandsma

ADVENT – WANDEL IN HET LICHT

zondag 27 november 2022
Eerste zondag van de Advent – A
Jesaia 2:1-5 , Romeinen 13:11-14 en
Matteüs 24:37-44

Na een jaar met verhalen van de evangelist Lucas, is nu de evangelist Matteüs aan de beurt. En in de Advent horen wij de verhalen van Jesaja die in het donker van de tijd waarin hij leefde, vooruit droomt over hoe het uiteindelijk zal zijn. Ooit zal het huis van de Levende stevig staan op een berg en mensen zullen optrekken naar het centrum van de berg.

Wat wordt er zichtbaar van dat visioen van Jesaja in onze christengemeenschappen? Nee, in het einde der tijden is wat betreft die vrede nog ver weg, en hoe het eensgezind erheen stromen van talloze volken en naties blijft een visioen. Mensen die vrede brengen waar zij gaan. Kunnen wij ook in de Advent wandelen in het Licht van de Heer?
De eerst Adventszondag is aangebroken. Hier vooraan in de kerk, bij het altaar, staat opnieuw de Adventskrans. De kerststal staat er nog niet. Die blijft nog even op zolder staan. En opnieuw moet ik constateren dat ik ook in het jaar 2022 straks op de Kerstzegels alleen maar weer sterretjes, kerstbomen, schaatsende kinderen en kerstmannetjes tegenkom, en natuurlijk ook heel wat sneeuwvlokken.

Kerstzegels, met daarop een afbeelding van de geboorte van Jezus, komen we wéér niet tegen. Natuurlijk, als je straks vijf verschillende kerstzegels boven elkaar plakt zie je een lange smalle kerktoren, met op de top een half maantje! Dat hoort blijkbaar bij onze nieuwe tijd. Maar wij vieren met Kerstmis toch de geboorte van Jezus? We vieren dan het Kerstfeest, want er is een Kindje geboren. Is het voor de Post dan zoveel moeite om twee verschillende kerstpostzegels te maken? En waarom mag op de postzegel het Kindje er zélf niet eens bij zijn? De beste plaats is langzamerhand ingeruimd voor de Santa Claus. Maar van mijn part mag Santa Claus, weer worden teruggebracht naar de Verenigde Staten, naar de plaats waar ze Santa Claus ooit hebben uitgevonden!

Maar goed, intussen bereiden wij ons vier weken voor op het échte Kerstfeest. Bij het altaar staan naast het altaar weer vijf kaarsen. De krans is rond, heeft geen begin en geen einde. En als de Kersttijd weer achter de rug is, gaat ook de krans weer voor een jaar naar de achtergrond. Het lijkt een eeuwige kringloop, jaar in en jaar uit. Is er eigenlijk wel wat nieuws onder de zon? Of zitten we toch in de kringloop van altijd hetzelfde? De kringloop van de natuur: lente, zomer, herfst en winter. Vanaf de eerste lezing van het nieuwe liturgische jaar wordt de kringloop doorbroken. In het visioen van Jesaia lopen de volkeren en naties niet in een cirkel. Ze zijn ergens op weg naar toe. Ze hebben een doel.

Ze komen van alle kanten op een bergtop af. Ze zijn op weg naar het heiligdom. Ze zijn onderweg naar elkaar en naar God. Toen er nog niet zo veel mensen op de wereld waren liepen de mensen alle richtingen uit. Zij vestigden zich over heel de wereld. Maar sinds we weten dat de aarde rond is, weten we ook dat we elkaar dan uiteindelijk weer tegenkomen. Onderweg weet je niet wat en wie je tegenkomt. Daarom zijn we als mensen tot de tanden toe gewapend. Maar als we niet meer over de aarde worden verspreid, en elkaar halverwege weer tegenkomen, krijgen we de opdracht sámen verder te trekken. En onderweg, zegt de profeet Jesaia, gebeuren er opvallende dingen. Zo komt de tijd dat zwaarden omgesmeed worden tot ploegijzers en sikkels. Niet in een gesloten cirkel van altijd hetzelfde, maar onderweg naar iets toe. De Heilige Schrift zegt: we gaan in de Advent naar Iemand toe, naar een wonderbaarlijke raadsman, een goddelijke held, een kind van vrede. Het heeft zin om vier weken lang de kaarsen aan te steken, een voor een. Zodat het elke week wat lichter wordt. En daarmee is de Adventskrans geen cirkel, maar een spiraal, want we trekken verder door de geschiedenis, op weg naar God.

Ondertussen klopt de verwachting ons hart. Ook als het om Kerstmis gaat. En er is een onderscheid tussen afwachten en ver­wachten. Met Sinterklaas wacht je maar af wat je krijgt. Het kan een feest van verwachting worden als de handen uit de mouwen gaan. En een moeder wacht niet af tot haar kindje komt, zij is geen wachtende, zij is helemaal in verwachting. Afwachten doe je met je handen in je zakken, verwachten doe je met je handen uit de mouwen. Van alles moet nog geregeld worden voordat het Kindje kan komen: een kinderkamer, beertjesbehang, de drempel naar Prénatal wordt uitgesleten, geboortekaartjes besteld. Leef ik tegenwoordig maar in afwachting van wat komen gaat of verwacht ik zelf nog iets van dit leven?

Het is Advent, tijd van waakzaamheid, tijd om wakker te worden en je bewust af te vragen: waar sta ik, waar leef ik voor? Of laten we ons meeslepen, zoals dat eertijds verging in de dagen van Noach. Zij leefden op het ritme van de dagen, meegezogen in de maalstroom. Ook Noach voelde de zuigkracht van de tijd, maar hij liet zich niet meesleuren en richtte zijn leven in volgens Gods geboden. ‘Dan zullen er twee op de akker zijn, de een wordt meegenomen en de ander op de akker achtergelaten’, zegt het evangelie van vandaag. Zo gaat het nu nog: bij alle beroerdigheid in de wereld wordt de een bewogen, de ander laat zich meeslepen. Werken aan een betere wereld? De een laat zich meeslepen en zet zich daarvoor in, een ander blijft onbewogen, praat er alleen maar over en gaat weer over tot de orde van de dag. Noach maakte een keuze, liet zich niet meesleuren in de maalstroom van zijn tijd.

En wij? Is voor ons het leven ook meer dan eten en drinken, teevee-kijken en computeren? Maken we ons daar alleen zorgen om? De Adventstijd probeert ons los te weken van dit dodende ritme. Richt je op de komst van de Heer, laat je hart, maar vooral je handen, vol van verwachting zijn. Dan overvalt de dag van de Heer je niet onverhoeds zoals de zonde-vloed de mensen overviel ten tijde van Noach. De decembermaand is de maand van wachten, maar vooral van ver-wachten. Een maand van surprises, waarin wij ons mogen voorbereiden op de grootste surprise die wij ons kunnen indenken: in doeken gewikkeld geeft God ons zijn eigen Zoon. De meesten zullen met Kerstmis weer zeggen: ‘Pik in al dat engelenhaar, het is toch winter!’ Maar deze mensen komen van een koude Kerstmis thuis, want met het Kerstkind valt niet te marchanderen: God geeft zichzelf. Als je denkt dat je zonder voorbereiding straks in de Kerstnacht het Kerstkind naar huis mag nemen: vergeet dat dan maar! Dan sta je naakt en uitgekleed bij de kerststal als de keizer zonder kleren in het Sprookje van Andersen.

Advent betekent: verwachten, niet afwachten! Het betekent: je openstellen voor het geschenk dat God ons met Kerstmis wil geven. Een geschenk waar Jezus écht helemaal in zit! Alle cadeaus met Sinterklaas zullen erbij verbleken, want met Kerstmis gaat het om het geschenk van God zelf: zijn eigen Zoon! En ik hoop dat, net als in deze dagen bij koning Willem Alexander, ons Kerstkind ooit weer eens ook zijn eigen postzegel mag krijgen!

Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam
H. Augustinus en De Goede Herder

Adventsactie Hayat-e-Nau

Adventsactie 2022 Pakistan

Hayat-e-Nau Society for Human Development is een organisatie in ons zusterbisdom Hyderabad in Pakistan die zich met name inzet voor de rehabilitatie van gehandicapte kinderen. Op het volgende YouTube kanaal kan je wat van hun activiteiten zien: https://youtube.com/user/hayatenaupak1997 . Urbanus Ouderkerk en De Goede Herder, hebben Hayat-e-Nau over de afgelopen twintig jaar ondersteund.

De afgelopen maanden zijn grote delen van Pakistan overstroomd door de grootste watersnoodramp in die regio sinds mensenheugenis. 33 miljoen mensen zijn zwaar getroffen. De (vooral agrarische) provincie Sindh, waar ook Hyderabad toe behoort, is een van de zwaarst getroffen provincies en Hayat-e-Nau verleent nu ook directe medische hulp aan de vele slachtoffers.
De veelal lemen huisjes van de boeren/inwoners zijn weggespoeld, hun oogsten zijn vernietigd, geld om huizen te herbouwen en nieuwe zaden te kopen is er niet, malaria en dengue zijn ziektes die de kop opsteken want schoon drinkwater is er ook niet.
De bereikbaarheid is zeer problematisch vanwege de weggespoelde bruggen en wegen.
Een kort reisverslag is te lezen op website op https://www.artsenzondergrenzen.nl/nieuws/noodhulp-overstromingen-pakistan/ van Artsen zonder Grenzen. Het is dan ook uiterst noodzakelijk om deze Adventsactie voor Hayat-e-Nau financieel te steunen. Indien u niet in de gelegenheid bent om de vieringen te bezoeken dan kunt u uw bijdrage overmaken op de bankrekening NL72 RABO 0382 3326 01 t.n.v. MOWA Amsterdam of via onderstaande QR code. Met dank voor uw bijdrage, MOWA (Missie- en Ontwikkelingswerk Amstelland).

Tikkie Adventsactie 2022

MOWA
Missie- en ontwikkelingssamenwerking Amstelland

Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan

Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan
Adventsactie 2022 Pakistan

Oekraïense Film Where are you Adam?

Where are you Adam?

Op meerdere prachtige locaties in Utrecht, Rotterdam, Amsterdam, Venlo, Delft, Hoofdorp, Roermond, Sittard, Dokkum, Goes, Oostburg, Heiloo gaat in november en december de unieke Oekraïense film: Where are you Adam? (over de monnikenrepubliek Mount Athos, Griekenland) vertoond worden.

Deze documentaire geeft een inkijkje in het leven van monniken op het Griekse schiereiland Athos.
We hebben hier te maken met een uitzonderlijke, visuele rijke en unieke, prachtige, beschouwende documentaire – eerbiedwaardige waarneming van de wereld waar de tijd niet door de klok wordt beheerst.
We zien hier gelovige mensen, ze gaan helemaal op in hun werk en gebed, beproevingen en diverse moeilijkheden en pijn. De bilden in de film raken je in jouw ziel door de inzet van de monniken.
Dit alles gaat in een ritme omgeven door een prachtige natuur om ons heen.

Deze film is gestart in Augustus in diverse bioscopen in Nederland, zoals de Balie in Amsterdam. Filmhuis Den Haag, en vele anderen.
Op dit moment zijn er nu nog stoelen over voor vertoningen omgeving en we verzoeken u om door publicatie deze stoelen te vullen.

Amsterdam

4 December, 16:00 Amsterdam, Zuiderkerk Amsterdam
€ 10 AAN DE ZAAL (contant), MET INLEIDING VAN DE MAKER
Aanmelden: via de email: katianovikova@live.nl

provincie Utrecht


26 November, 20:00 Utrecht, Gerardus Majella Parochie
MET INLEIDING VAN DE MAKER
€ 10 contant, aanmelden via: info@gerardusmajella.nl
27 November, 12:30 Utrecht, Huis voor de Ziel Nicolaikerk
MET INLEIDING VAN DE MAKER
€ 10 contant, opbrengst voor Oekraïne
28 November, 20:00 Vleuten
Torenpleinkerk, MET INLEIDING VAN DE MAKER
Aanmelden: bramvanderperk@casema.nl
3 december Utrecht, Geertekerk
MET INLEIDING VAN DE MAKER
Kaartjes € 10 voorverkoop via www.ticketkantoor.nl/shop/adamm
15 December Utrecht, 20:00, Verhaalhuis Utrecht
Tickets online via Filmvoorstelling, do. 15 december | Verhalenhuis Utrecht